Vandaag was een hele lange dag.
Jeroen had de wekker op half zeven gezet, want we moesten om kwart voor acht bij de boot zijn. Die zou ons naar Rottnest island brengen. Ik was eigenlijk nergens op voorbereid en had dus ook geen wekker gezet. Jeroen viel weer lekker in slaap toen hij afgegaan was, en wekte me een half uur later met de mededeling dat we haast hadden. Da’s lekker wakker worden hoor 😄🙈
We kleedden ons snel aan en gingen naar het ontbijt. Binnen een kwartier stonden we buiten om naar de haven te wandelen. Ook nu al, net als gisteren, zagen we mensen met bladblazers. Ten eerste, veeeeel te vroeg. Ten tweede, waarom?? Ze bliezen niet eens blad! Er schoof alleen wat zand weg, dat ook wel met een hele zenne bezem heel energetisch, holistisch, etherisch weggeveegd had kunnen worden. Nou ja, dit was blijkbaar makkelijker.
Toen we rond half acht bij de boot aankwamen, was het loket nog gesloten. Na wat onbestemd staren naar dat loket zagen we dat we een half uur later pas verwacht werden. Oke, paniek was dus voor niks geweest. Gelukkig was er in de buurt een koffietentje en konden we de dag dan starten met een goeie … Thee. We hadden geen zin in koffie 🙂
Na de thee zijn we de boot op gewandeld en omdat we zo vroeg waren hadden we een prachtig plekje vooraan. De boottocht duurde bijna twee uur, er was nog een stop en op de rivier ging het allemaal niet zo snel. We zagen wel gelijk wat dolfijnen in het water dartelen op een afstandje. Feestje, die dieren. Eenmaal op het open water zei ik tegen Jeroen dat hij maar even op zoek moest naar een zakje. Hij schrok, er was haast geen golfslag, als je nu al misselijk wordt?! Maar hij ging snel zakjes halen en toen hij terugkwam ging het al een stuk beter. Ik maakte me eigenlijk gewoon zorgen dat ik misselijk zou worden, ook omdat ik de zeeziek medicijnen niet genomen had. Sloeg nergens op want er was inderdaad eigenlijk niks aan de hand.
We kwamen dus zonder kleerscheuren aan de overkant, waar we fietsen meekregen met een verplichte helm. Vond Jeroen niet zo’n goed idee, die helm. “Ja, als het nou een mountainbike was ofzo, maar het is een gewóne fiets!”. “Ja maar het moet”. “Ja alsof er wat gebeurt, het is bijna gevaarlijker mét helm dan zonder!” Enzovoort enzovoort. Wij die helm uiteraard netjes opgezet. Die van Jeroen was een “knakending”, die van mij zat prima. 😉
Had ik eigenlijk al eens verteld dat ik een hekel heb aan fietsen? 🤦🏼. Ik had eerst ook nog een hele slechte fiets met zonder versnellingen en een bijna lege achterband. Jeroen was een schat en wisselde fietsen met mij, zodat ik in ieder geval op een redelijke fiets kon rijden.
Na een stukje fietsen kwamen we bij een strandje waar je goed kon snorkelen. We hadden alle spulletjes mee, maar we zaten er toch niet echt om te springen, het leek plotseling zo’n gedoe om je om te kleden enzo. We zijn doorgefietst naar het volgende strandje waar je ook goed kon snorkelen. En aangezien we daar toch ook een beetje voor gekomen waren, zetten we onze fietsen neer en zijn het water in gesprongen. En dat water was KOUD! Jeroen riep meteen “nou, dit is geen Seychellen” 🤣. Dat klopt. Uiteindelijk viel het best mee met de kou, als je eenmaal door bent gaat het best.
Toen ik uit het water kwam was ik hartstikke duizelig. Heel gek, het leek wel of ik nog steeds op de golven liep, ik kon bijna niet blijven staan. Iets teveel watersport in korte tijd denk ik.
We sprongen weer op de fiets en kwamen onze eerste quokkas tegen. Ze slapen overdag maar deze waren toch lekker een beetje aan het keutelen onder hun boom. Heerlijk schattige beestjes.
We fietsten door naar het meest westelijke punt van het eiland en kochten daar een cola bij een caravan. Voor ons stonden twee oude mensen te knoeien met kleingeld en de pinpas, het duurde een eeuwigheid voor die klaar waren. Daarna moest ze blijkbaar nog een bestelling maken en toen waren wij eindelijk aan de beurt. We hadden zoveel zin in een frisse cola! Daar hebben we dus erg van genoten terwijl we op een bankje zaten.
Een klein stukje terug konden we nog zeehonden zien, dus zijn we dat pad nog ingewandeld. Er stonden twee verrekijkers en als je daar doorheen keek dan zag je inderdaad een glimmende zeehond liggen. Met het blote oog zag je eigenlijk alleen wat bewegend glim op de rotsen, dus erg goed zag je ze niet.
Daarna zijn we doorgefietst, we hebben er een beetje een sportdagje van gemaakt. We hadden nog tijd genoeg maar ik was het fietsen behoorlijk zat, en wilde er vanaf. Jeroen heeft me hele stukken geduwd. Onbegrijpelijk, ik sta bijna stil omdat ik van de steilheid echt de trappers niet meer rond krijg, Jeroen komt me achterop en duwt me nog even verder omhoog alsof het niks is.😄. Waar hij de kracht vandaan haalde is me een raadsel, maar ik was er dolblij mee.
Uiteindelijk kwamen we bij de haven terug en hadden we nog een uurtje om te chillen. Dat hebben we gedaan samen met de quokkas die daar rondhobbelden. Eentje wilde er vandoor met Jeroen zijn worstenbroodje, het scheelde niks, hij was razendsnel. Een andere kwam me besnuffelen en ik voelde zijn koude neusje tegen mijn hand. Erg moeilijk om dan niet te gaan aaien of zijn binnenstebuiten gekeerde oortje goed te doen, maar ik heb me in kunnen houden. Wat een schatjes.
Ik was doodmoe en toen we op de boot waren zocht ik een plek waar ik even kon liggen. Ik had een zeeziek pilletje genomen om weer wat vertrouwen op te bouwen en ik lag op een bank met de ogen dicht. Het werd wat drukker, en blijkbaar vond een dame het asociaal dat ik de hele bank voor mezelf had. Ze vroeg aan Jeroen of ik ziek was, Jeroen zei “nóg niet…” en toen ging ze tegen mijn benen aanstaan. Ze vond dat ik maar op moest hoepelen geloof ik. Dus toen ben ik maar rechtop gaan zitten. Stomme mevrouw.
Op de terugweg waren er meer stops en bij de tweede gingen veel mensen de boot uit. Toen zijn we ergens anders gaan zitten waar ik wel lekker kon liggen, en ben ik in slaap gevallen. Helemaal geen last ook van de zee dus, dat was wel fijn.
Eenmaal weer aan land zijn we via een supermarkt (brood, snoepjes, onvermijdelijke nutella en reepjes) en een foodcourt waar we nasi kochten, naar het hotel terug gelopen. We aten de nasi op en hebben nog lekker een tijdje in de lounge zitten relaxen.
Morgen is het volgens Jeroen tijd voor een “groooooote tocht”. We rijden… Ehm… Nou ja, we rijden ergens heen, ik ben deze vakantie zelfs zo slecht voorbereid dat ik nu nog niet eens weet waar we naartoe gaan 🤣🤷🏼♀️. Je hoort het morgen …
Oh ja, het enige dat ik uiteraard wel weet is dat we op de koffie gaan bij Sietske morgenochtend, want daarvoor zijn we naar Australië gegaan natuurlijk. Laten we hopen dat ze thuis is. 😇
Geef een reactie