We werden vanmorgen weer behoorlijk vroeg wakker. Nog steeds last van jetlag, maar deze keer was dat helemaal niet erg. Daardoor hadden we het geluk dat we konden genieten van het prachtige uitzicht vanuit de hotelkamer. Als we een paar uur later, normale tijd, wakker waren geworden, hadden we Mount McKinley weer gehuld in wolken gezien. Wat is dat bijzonder wakker worden zeg, met een uitzicht als dit. Prachtige blauwe lucht, wit met zwarte bergen en groene velden en bossen. Precies wat je je voorstelt bij Alaska, maar dan mooier. Later bij de front-desk, vertelden ze ons dat maar 30% van de mensen de berg in zijn geheel krijgt te zien. De rest staart dus inderdaad naar een bewolkte berg. Gelukkig maar dat wij bij die 30% horen…
Nadat we een poosje genoten hadden van het uitzicht, zijn we gaan ontbijten. Onderweg naar de ontbijtzaal hebben we even geïnformeerd naar de fietsen die te huur waren. Die waren nog beschikbaar en na het ontbijt met wederom het prachtige uitzicht, zijn we eerst uitgecheckt en daarna op de fiets gestapt naar het dorpje. We hadden de fietsen voor drie uur gehuurd, want we hadden gehoord dat Talkeetna wel een heel leuk dorpje was om te bekijken. De dame bij de front-desk en de man die ons de fiets verhuurde, waarschuwden ons voor de klim op de terugweg. Die zou wel heel zwaar zijn. Ach, wij zijn hollanders, wij zijn fietsen gewend, schepten we op.
Wij op pad. Lekker hard naar beneden fietsen op kekke fietsjes. Een handtekeningetje gezet voor het “declinen” van de helm en het veiligheidsvest. De eer te na natuurlijk, een helm? Tsss. 😉 .
Beneden in het dorpje waren we heel snel uitgekeken. Het was een dorpje met wel heel schattige huisjes. De “hoofdstraat” was gezellig met een brouwerij en wat winkeltjes. Bij de rivier had je weer uitzicht op de berg, dus daar hebben we weer even staan kijken. Overal stonden tentjes met mensen met baarden erin. Die hebben ze hier, baarden. Baarden met beestjes. De kerels zien er namelijk een beetje zwerverig uit allemaal. Je denkt daar loop ik maar met een boogje omheen, maar als je dat doet blijf je boogjes maken. Dat is dus even wennen 🙂 . We kregen nog complimenten voor onze kekke fietsjes: “Heeeejjjj nice bikes!” 🙂 . Na hier en daar een geinig fotootje te hebben gemaakt, aanvaardden we de terugtocht, met drie versnellinkjes. Die viel inderdaad redelijk mee. Ik had een aardig hartslagje volgens mijn nieuwe horloge, maar nou ook weer niet zo hoog dat ik me zorgen moest gaan maken. En het was bovendien maar een kort stukje. Tja, wat kan ik zeggen. Het fietsen zit in de genen hè… 😉 😉 .
Nadat we de fietsjes na ruim een uurtje weer hadden ingeleverd, zijn we weggereden richting Denali National Park. Dat was een lekker tochtje. We hadden alle tijd en zijn dus regelmatig even gestopt om te genieten van de mooie uitzichten. We hadden brood meegenomen voor onderweg en hebben dat lekker op een parkeerplaatsje op zitten peuzelen. Onderweg hebben we veel naar de bermen en bossen gekeken om wildlife te spotten, en op één plek lukte dat. Daar liep een eland doodgemoedereerd over de weg. Gelukkig reed niemand hem plat.
Na een paar uur rijden kwamen we aan bij de Lodge, waar we een room met een view hebben. De view bestaat uit dennenbomen op een meter afstand en daarachter, tussen de bomen door nauwelijks zichtbaar, de rivier. Maar toch, tis een gezellig resort, internet aanwezig, dus wij klagen niet. 🙂
Nadat we de spulletjes in de kamer hadden achtergelaten, zijn we naar het Denali National Park gereden, om daar de kaartjes voor de bus op te halen. We gaan morgen met de bus het park bekijken, om half acht vertrekt hij, dus om kwart over zeven moeten we klaarstaan. Het is een kwartiertje rijden, dus zeven uur vertrekken. Ach… Toch jetlag, dus geen probleem, zo vroeg opstaan. Ahum…
Toen we terug waren van het park zijn we lekkere vieze hamburgers gaan eten. Toen een bakkie op de kamer en lekker slapen.
Geef een reactie